Venezuela, het einde
Dinsdag verlieten we Colombia en begonnen we onze reis naar Venezuela, het allerlaatste land dat we zouden bezoeken. Al snel werd duidelijk dat we een helse maar ook bijzondere grensovergang voor het laatst hadden bewaard…
Vanaf Santa Marta namen we om een uurtje of 9 de bus naar Maicao, het grensplaatsje van Colombia. De busrit duurde slechts 4 uurtjes en alles leek nog zo onschuldig. Toen we in Maicao, een typisch grensplaatsje, aankwamen begon de ellende. Vanaf daar moesten we een ´gedeelde´ taxi nemen, in het Spaans ´por puesto´, letterlijk, je betaalt per stoel in de taxi. Als de taxi vol is dan vertrekt die. Dit was voor ons de enige manier om naar Maracaibo te gaan, de tweede grote stad van Venezuela dat relatief dicht bij de grens licht. Toen we aankwamen was het verschrikkelijk chaotisch en druk in Maicao en we voelde ons heel erg toeristisch, het leek ons daarom slim om bij wat Colombianen aan te haken en vrienden te maken, zodat we in ieder geval niet alleen waren. We ontmoetten een moeder en haar dochter die in Caracas woonden, maar zelf uit Colombia kwamen, leuke mensen! Samen zochten we voor een taxi, maar bleek dat ze veelste veel geld vroegen en we dat echt niet wilde betalen, bovendien hadden we een vijfde persoon nodig. Een ander problem was dat de chauffeurs niet bij de grens wilde wachten op onze stempels, omdat het er gekkenhuis bleek te zijn, namelijk wel 4 uur wachten zeiden ze! Na veel grondvragen en zoeken, vonden we na een uur een open jeep die ons wel naar Maracaibo zou brengen en zou wachten bij de grens. Het was zwaar allemaal, maar uiteindelijk heel komisch! We leken wel een stel illegal vluchtelingen die naar Venezuela probeerden te komen, met heel veel drugs op zak! Voor in de jeep zaten 4 personen naast elkaar en bij ons achterin de jeep zaten we met zijn tienen plus een baby van een paar weken oud, allemaal tegenover elkaar! Al snel kwamen we erachter dat het op deze manier heel erg lang zou duren, de jeep kon niet heel snel en op de hobbele weg werden we door iedereen ingehaald. Na een halfuurtje kwamen we bij de grens en daar zagen we meteen al de lange rijen. Rijen voor de auto´s en dan ook de rij om onze stempel te krijgen om Colombia uit te mogen. We hebben er echt heel lang gestaan, ik had totaal geen tijdsbesef, maar het zou me niks verbazen als het anderhalf uur heeft geduurd. Nadat we eindelijk de stempel hadden moesten we vervolgens een stukje lopen naar Venezuela om daar de stempel van Venezuela te krijgen om het land binnen te komen, daar stond ons weer een helse rij te wachten. We hebben denk ik daar nog eens anderhalf uur staan wachten. Intussen was het donker geworden en dat maakte de sfeer nog eens wat heftiger. Ook hier maakten we weer kennis met de corrupte politie van Venezuela. We moesten ze 6 dollar betalen, zodat ze onze backpacken niet helemaal zouden afhalen van het dak en onderzoeken. Natuurlijk hadden we hier helemaal geen zin in en moesten we ze maar betalen… Ik denk dat we na uurtje of 3 a 4 weer bepakt en bezakt in de jeep zaten om onze reis te vervolgen.
Sam en ik vroegen aan de anderen nog heel onschuldig: ´Nu hebben we onze paspoorten niet meer nodig, toch? We zijn voorbij de grens nu?´ Al snel kwamen we erachter dat dit helemaal niet het geval
was en dat we ons nu echt in Venezuela bevonden, een ontoeristisch land dat vriendjes is met Rusland en andere communistische landen. We reden verder op de hobbele weg en om de paar kilometer
stonden er wel een groepje soldaten en agenten die echt iedere keer maar weer paspoortcontrole bij iedereen deed en de jeep onderzocht. Ik denk dat het die rit zo´n twintig keer is gebeurd!
Nergens, maar dan ook nergens in Latijns Amerika moesten we onze paspoorten laten zien aan de politie buiten de grens om, maar hier was dat duidelijk het geval! Op een gegeven moment werd het wel
ietsjes minder en werd ons verteld dat het nog een uurtje rijden was naar Maracaibo. We waren echt kapot en ontzettend moe en koud. Ik weet niet hoe, maar het uur ging heel snel voorbij, blijkbaar
heb ik in een hele vreemde houding nog een beetje weten te slapen. Voor iedereen in de jeep was Maracaibo maar een tussenstop, maar we hadden allemaal vertraging opgelopen en er reden geen bussen
meer. Voor ons was het tussenstop, omdat Maracaibo geen stad is waar je als tourist behoort te zijn, er is niks bijzonders, alleen maar als je in de olie-industrie werkt. Wat wel leuk is om te
noemen is dat Maraibo over het hele jaar gemiddeld het hoogste temperatuur heeft van heel Latijns Amerika.
Wij moesten naar Coro, het was 12 uur ´s nachts en de eerstvolgende ´por puesta taxi´ zou om 4 a 5 uur vertrekken. We besloten met z´n allen in een zaal op het busstation een beetje proberen te
slapen. En nog steeds met z´n tienen als een stel illegale vreemdelingen lagen we midden op de grond met onze hoofden op ons baggage om toch een beetje te proberen om te slapen. Ik voelde me echt
vreselijk, ik voelde migraine aankomen en ik was verschrikkelijk moe na zo´n dag, dus slapen ging nog vrij makkelijk. Om 4 uur werden we wakker en gelukkig stond er iemand klaar om voor een
redelijke prijs naar Coro te gaan, in totaal moesten we nog een uurtje wachten op 3 andere personen die met ons meegingen. Deze rit duurde ook weer 4 uurtjes, maar gingen vrij snel en toen
eindelijk om 9 uur ‘ s ochtends kwamen we bij ons hostel aan in Coro! We hadden er 24 uur over gedaan om van Santa Marta naar Coro te gaan! Ongeloofelijk!
In Coro konden we die woensdagochtend gelukkig meteen ons bed induiken en het werd een rustig dagje. Coro ligt in het noorden van Venezuela, tussen Caracas en de Colombiaanse grens. We hadden die dag nog wel het één en ander gezien van Coro en al snel bleek dat het een stad van niks was, er was niks te doen en er was totaal geen sfeer en dit moest dan nog wel het koloniale stadje van Venezuela voorstellen. Dat zegt ook een hoop over dit land! En wat een verschil ook met Colombia! Wat dat betrefd is Colombia wel echt een stuk leuker. Vroeger, nog geen 10 jaar geleden, was Colombia gevaarlijker dan Venezuela, maar wat ze zeggen is waar. Het is helemaal omgedraaid, Venezuela is nu veel gevaarlijker dan Colombia. Toch zouden we hier twee nachtjes blijven en dus zochten we het dichtsbijzijnde strand op de volgende dag. Donderdag pakten we de bus naar een soort schiereilandje de Caribische zee in, een ritje van een uurtje. In contrast met Colombia was dit strand hartstikke rustig en helemaal niet toeristisch, maar het was wel een lekker strandje! Hier in Venezuela kom je trouwens nauwelijks toeristen of backpackers tegen en dat is zo leuk. We zien eindelijk weer eens een strand met alleen Venezolanen in plaats van backpackers en Argentijnen op de Colombiaanse stranden!
De auto´s hier in Coro is ook een apart verhaal, er rijden hier namelijk ontiegelijk veel oude Ford´s die vooral dienen als taxi. We waren zo verbaasd, maar het werd duidelijk toen ons werd verteld
dat deze bakken natuurlijk onwijs veel bezine slurpen maar dat dat hier natuurlijk geen probleem is! Hier in Venezuela is benzine namelijk nog goedkoper dan water, echt absurd! Hierdoor is een
gemiddelde Venezolaan ook relatief erg rijk, de regering verdient onwijs veel geld door de olie industrie en verdeeld jaarlijks het geld onder de bevolking.
Maar ook het geld is weer een heel apart verhaal in Venezuela. En nogal een groot probleem voor toeristen ook! Chavez, de president hier, heeft de Bolivar, geld van Venezuela, gekoppeld aan de
dollar met 4 Bolivares voor een dollar. Hij heeft nog meer vreemde dingen ingevoerd, zoals bijvoorbeeld het halfuur tijsverschil met Colombianen, hoezo een halfuur?! En verder heeft hij een wet
ingevoerd dat hij onbeperkt president mag blijven… Maar het geld. De officiele rate van de Bolivar is dus 1 op 4 in officiële rate, maar in Venezuela bestaat er de bekende zwarte markt van 1 op 8
en men dus 2 keer zo rijk is! Iedere tourist maakt hier echt gebruik van en je bent echt stom als je dat niet doet, want Venezuela is al best duur, laat staan met een rate van 1 op 4. Alles wordt
dan twee keer zo duur. Voor ons was het daarom dan ook niet mogelijk om te pinnen in Venezuela, want dan zouden we de rate van 1 op 4 krijgen… We moesten dus in Colombia nog zorgen dat we alle
dollars hadden die we nodig hadden in Venezuela! Onze Colombiaanse peso´s wisselden we in dollars en hier in Coro wisselden we de dollars weer in Bolivares. Verder vraagt Venezuela ook nog eens een
exit tax van 61 dollar! Maar nu horen we dat we dat in Bolivares mogen betalen, twee keer zo goedkoop dus.
Vrijdag gingen we ook weer naar het strand van Coro, om toch nog net eventjes van de laatste zonnestralen te genieten voordat we terug in Nederland zijn! Die avond namen we onze allerlaatste busrit met de nachtbus naar onze eindbestemming, Caracas! Één van de gevaarlijkste steden ter wereld met Bagdad en de hoofdstad van Somalië… Helaas verliep de busrit niet zo soepeltjes als dat we hoopten. Twee uurtjes vantevoren kregen Sam en ik echt tegelijk gigantische buikpijn en misselijkheid en hebben we samen boven de wc gehangen, net nog de laatste dagen van onze reis… We voelden ons zo beroerd, maar we moesten die nachtbus nemen! In die bus ben ik in het begin nog zo´n 20 keer naar de wc gerend en ik was zo blij toen we in Caracas waren. Het was een uurtje of 5 pas, want het was maar 7 uurtjes rijden, dus was het nog donker. We namen een taxi en na een beetje zoeken vonden we ons hostel waar we de eigenaren wakker moesten maken om binnen te komen. Gelukkig zijn het super lieve mensen en werden we heel vriendelijk verwelkomd. Het is niet een echt hostel, hij woont hier in een loods en verhuurd wat kamers. Er hangt hier een leuke sfeer en niet te vergeten om te melden, ze hebben een superlieve, zachte, grote hond die ze van alles hebben geleerd! Hij doet het lichtknopje zelfs voor ze aan en uit! Geen gezicht!
Hier konden we gelukkig ook meteen ons bed in duiken om nog twee uurtjes slaap te pakken, vervolgens stond er een super lekker zelfgemaakt en groot ontbijt voor ons klaar toen we wakker werden! Al kon onze maag nog niet echt heel veel aan… Nog steeds slapjes en misselijk wilden we natuurlijk wel Caracas zien! Dus gister gingen we weer op pad. We bezochten het centrum, Sabana Grande en Altimira, een wat duurdere wijk. ´s Middags besloten we naar El Alvira te gaan. Dat is een berg tussen de grote stad van 6 miljoen mensen en de zee die deze twee scheidt. Met een kabel baan konden we omhoog. Het was weekend en alle Venezolanen gaan hier heen voor een dagje uit, dus moesten we andehalfuur in de rij wachten! Boven was het ook erg druk, met een jeep reden we naar een mini dorpje en vanbovenaf zagen we de zee heel mooi liggen achter de Bergen. Terug moesten we weer heel lang wachten en intussen was het al donker geworden. Aangezien we in Caracas zijn voelde ik me niet heel prettig, maar alles ging natuurlijk hartstikke goed! We gingen ergens wat eten en wilde naar een 360 graden rooftop bar gaan van een luxe hotel, helaas ging dit feestje niet door omdat Sam een korte broek droeg en dat was verboden! Toen gingen we maar terug naar onze vrolijke hostel, aangezien we nog steeds half ziekjes waren… Het was hier een gezellige boel met veel muziek! We konden onze laatste avondje natuurlijk niet beter afsluiten met een dvd van een live show van Shakira met keihard de muziek aan… En toen ging alweer onze laatste nacht op dit continent in!
Vanochtend voelde we ons gelukkig weer wat beter. We liepen wat rond hier in het centrum, maar zoals elke Latijns Amerikaanse stad op een zondag is hier dan alles stil en dicht. Caracas oogt alles behalve de gevaarlijkste stad van de wereld. Ook hier voelen we onszelf op ons gemak, we kunnnen ons het moeilijk voorstellen. Toch moest Sam natuurlijk onderzoeken hoe het dan zo gevaarlijk kon zijn en hij kwam met het plan om met de metrokabel de bergen op te gaan die naar de sloppenwijken van Caracas gaan. En na veel rondvragen of het wel slim was om te doen, besloten we om het te doen, tenminste Sam en ik moest natuurlijk wel mee! En ik moet er natuurlijk wel bijzeggen dat ik geloof dat Sam ondertussen wel verantwoordelijke keuzes kan maken en stiekem wilde het ook wel graag zien. We namen de metrokabel en zouden alleen in het bakje blijven zonder de straat op te gaan. En toen begrepen we dat dit inderdaad wel eens de gevaarlijkste stad van de wereld zou kunnen zijn… eerder hadden we al een paar schoten van pistolen gehoord en hier zagen we echt krottenwijken waar je bang van werd. Het was leuk om met een kabelbaantje alles van boven te zien en toch even een echte goede indruk van Caracas te krijgen zoals Caracas is, toch was het ook weer leuk om weer terug te gaan naar het veilige gedeelde. Gelukkig kon er niks gebeuren en totaal duurde alles slechts 10 minuten.
Toen moesten we toch echt terug naar ons hostel om ons op te maken voor onze terugreis naar Nederland! En nu toch nog even een blogje schrijven voordat we vertrekken, omdat we nog een uurtje overhadden. Hier voor me zitten nu de eigenaars van het hostel de Titanic te kijken, stiekem kijk ik af en toe mee, en ook hier breekt het einde aan. Op dit moment zit Rose in het water te zwemmen om haar eigen leven te redden en ondertussen is de rest aan bevriezen en sterft haar geliefde… Het is over voor hem. Dalijk begint het bekende liedje van Celine Dion over een paar minuutjes en dat is het moment dat deze reis er voor ons ook op zit… Zoals een heel mooi verhaal dat ten einde komt, komt ook deze prachtige reis ten einde! Ik ga het gigantisch missen en ga met dubbele gevoelens weg. Toch is het ook weer heel fijn naar huis te gaan...
Het is nu twee uur, tijd om nu echt te gaan! Om 7uur vliegen we en morgenmiddag zullen we in Amsterdam aankomen. Tot snel allemaal!
Fiesta Colombia
Vanuit Cartagena gaan we langs de Caribische kust naar Santa Marta, het is zomer en het hele strand, stad en bussen zitten vol met feestende Colombia. Er is geen hoek waar je geen Salsa hoort of een salutje ziet met een dikke shot Aguardiente of Ron... Rum dus.
Colombianen houden van een feestje, in iedere bus staat een 120W box te trillen met Cumbia, Salsa, Rumbia of Spaanse reggaeton pop. Daarnaast zitten er nog 3 hippe vogels hun eigen muziek uit hun Blackberry curve laten knallen. Een kakafonie aan geluiden dus!
Wij strijken 1 baaitje om de hoek van de grote stad neer. Taganga, volgens de lonely planet wederom een hippie paleis. En niets is minder waar. Op de straten zitten rijke blanke rastafaries arbandjes te verkopen en zich vol te gieten. Het is echt rete druk, zelfs in de baaitjes en we lopen om de rotsjes heen door het water om een verlaten strandje te vinden. Het water is donker maar helderblauw en er hangt toch wel echt een hele relaxte sfeer.
Ik moethard gaan studeren, want ik ga 6 duiken maken en daarna een examen doen om me duikbrevet te halen. In dit stukje verhaal moet ik Renee dus helaas even weglaten want die ligt lekker te bronzen op het strand. Het is wel erg jammer dat we niet samen onze PADI kunnen halen want dan kunnen we daar later van genieten door samen te gaan duiken. Maar ik doe dit van me laatste centjes, en Renee wacht. Dus we beloven elkaar dat Renee een andere keer gaat!
Er hangt eensuper vibe op de boot, we splashenover de golven, en zoals het boekje al zei, tijdens het duiken maak je vrienden! Mijn instructeur is eenechte bruine Colombiaan, een hele relaxte kerel. Zoals veelColombianen, stoer maar niet lomp of dom. En me buddy is een Amerikaan die een beetje angstig duikt, wat de nodige vertraging oplevert, maarja,buddies helpen elkaar!!
Het zijn 4 dagen flink studeren, veel mensen zeggen dat het niet nodig is, maar ik vind het wel belangrijk. Je mag bijvoorbeeld nooooit je adem inhouden tijdens duiken,met de volume verschillen in lucht kunnen je longen uit elkaar klappen. En je moet ook goed je nitro volumes in je bloed kunnen bereken omgeen nitro-bubbels in je bloed te krijgen.
Allemaal vrij serieuze dingen, maar niets aan de hand, als je gewoon goed oplet... en vooraf natuurlijk even tekenen dat als je dood gaat niets of niemand PADI aan kan klagen! Anyway het duiken is echt heerlijk.Onderwater zie je zoveel meer dieren dan bovenwater. Het feit dat je lekker zweeft onderwater zonder enige moeite te doen en niemand tegen je kan praten!! Hahah heerlijk. Echt een blije ontdekking.
Bij de eerst duik wijs ik naar een visje die zich heeft verstopt in het zand en Chopper de instructeur word helemaal gek, ik dacht dat ik door moest gaan met de oefeningen. Later bleek het een schorpioenvis te zijn. Na de lion-fish een van de dodelijkste vissen van de zee. De lionvissen zwommen we overigens ook gewoon tussendoor. Ze doen niets als je ze niets doet... schijnt. We zien allemaal rare slangenvissen, aalen die aan rotsen vast zitten, maanvissen, lelijk koraal en krabben. Na 2 duiken op een halve dag komen we weer in Taganga aan. Daar ontmoet ik Renee en gaan we lekker samen koken en Moro-sapjes drinken.
Fruit is zooo goedkoop in Colombia dat ik me record met verschillende soorten fruit eten op een dag toch zeker wel gebroken hebben. Maracuya, Lucuma, Piña, Watermeloen, Limes, Mango, Moros, Cocosnoot en nog wat dingetjes.Weleven nu van niet meer dan4 euro per dag, en nog zoveel lekkerigheid!! Fijn datdat kan!!
Ik haal mijn duikbrefet met '!·$&%&$ 1 fout!!! Met 0 fout kreeg je een gratis duik. Anyway, Renee was toch al flink bruin dus het was tijd verder te gaan. We zouden nog 1 dagje in de grote stad, Santa Marta aan het havenstrandje gaan zitten. Het was er minder spectaculair dan we dachten, maar een lekker dagje op het strand, met alleen Colombianen, en geen hippies was natuurlijk wel fijn, lunch boxje erbij en een limoensapje, lekker Lim´in.De volgende dag zouden we naar het nationaal park Tayrona gaan. Echt een park met prachtige stranden, met rijen van palmbomen, zandstranden, mooie rond rotsblokken die op wonderbaarlijke wijze op het strand terecht zijn gekomen. Kortom we zagen er echt naar uit.
Het was een busrit van een uur, en dan nog 2 uur lopen want het park ligt onder de bergen die swerelds hoogte bergen zo dicht aan zee zijn. Het geikel begint al in de bus. De conducteur scheurt ons biljet van 10euro in 2-en om te kijken of die echt is. Het was een echt biljet kwamen we via andere achter en we wilde ons geld terug van hem. Hij sloopt het tenslotte, we kwamen er daarbij achter dat Renee veelsteveel had betaal. Dat heeft geresulteerd in mij OP de stoelen van de bus staand, schreeuwend om me geld. En het temperament blijkt te werken. Want we hebben het terug!!! De enige Gringo´s in de bus zeiden wat van me gedrag, de Colombianen waren het wel gewend zo te zien. Mevrouw Francaise vond mij te luidruchtig voor haar tere oortjes, en ik moest me geld maar terugvragen aan het einde van de rit. Als de bus wegrijd zeker...!!!!! Nou dat was ook weer opgelost. Toen we het hele stuk door het overigens prachtige park hadden afgelegd bleken alle hangmatten vol te zitten. We moesten de hele middag ombeurten in de rij staan. En precies toen we wat konden krijgen wisselde Renee en ik van plek. Plaatsje vergaan. 2 uur teruglopen, niet genoten, en nog ruzie met z´n tweetjes ook!!!
Gelukkig zijn we de beroerste niet en gingen we lekker op naar Venezuela, die ruzie was maar eventjes... en alles is weer hunkie dorie... haha maarja toch jammer dat we niet lang in het park hebben kunnen blijven.
Gelukkig heb ik Renee nog wijs kunnen maken dat een kaktus groeit, daar waar een beestje heeft gekakt.... en dat maakte de dag helemaaal top!!! Jongens tot snel, we zien er naar uit jullie allemaal weer te zien! Kus
(Ps heb heel snel getypt, Venezuela en internet is niet zo´n succes hahah Renee vertelt nog wel meer over dit vreeeeeemde land kuskus)
Oud en nieuw in Cartagena
Het gaat allemaal zo snel opeens en het lijkt alweer een tijdje geleden, maar vooralsnog een gelukkig nieuwjaar allemaal! De reacties die we de laatste dagen hebben gelezen waren allemaal heel lief en leuk, bedankt daarvoor!
Zoals Sam eerder al vertelde was ons plan om oud en nieuw in Cartagena te vieren, aan de Caribische kust! Vorige week woensdag kwamen we met de nachtbus laat in Cartagena aan en het was er ook meteen weer een stuk warmer. Bogotá was te koud, Medellín was al een stuk warmer, maar nu bevinden we ons echt in de hitte! Ik hou ervan! Nu bevinden we ons ook weer een beetje in de Caribische sferen, dat wat we in grotere mate in Panama al hadden mogen meemaken. Cartagena is leuk! Het heeft stranden, een grote haven en een ´staartje´ van de stad dat helemaal de zee inloopt en volstaat met hoge wolkenkrabbers. Aan het water is el centro Viejo, oftewel, de Old Town en lopen we weer door koloniale huisjes en leuke pleintjes. Natuurlijk is deze stad wel wat toeristisch, wat weer een beetje jammer is. We maken een plan voor de komende dagen en het worden uiteindelijk 4 leuke dagen in Cartagena!
Donderdag maakten we een boottrip naar eilandjes die voor Cartagena liggen. Het was eerst anderhalf uur varen naar Isla del Rosario, waarvoor mini-eilandjes liggen met alleen een huis erop, dat lijkt me wel wat voor later… Op dat eiland konden we naar een dolfijnenshow, maar om wat geld te besparen besloten we lekker te gaan zwemmen, want daar keken we al heel erg lang naar uit! Na een uurtje zwemmen voerden we verder naar een ander eiland met het Playa Blanca, dat het mooiste strand zou zijn in de omgeving. Het strand was inderdaad mooi, het was alleen stervensdruk en het hele strand stond vol met Colombianen die in eigen land op vakantie zijn! We merken sinds Kerst heel erg dat het hoogseizoen is, veel Colombianen op vakantie, alles is druk en alle hostels zitten vol. Na die uurtjes luieren op Playa Blanca, kwamen we er net op tijd achter dat onze boot in de verte aan het vertrekken was en zo konden we nog net op tijd mee! Na weer twee uurtjes varen kwamen we weer aan in de haven en was er een lange dag voorbij. Het was een leuke, kleine vervanging van de San Blas eilanden. Wel jammer dat het heel veel varen was op een massaboot vol met mensen…
De volgende dag pakten we de bus terug naar de bus terminal. Dit duurt zo´n uurtje, aangezien de busterminal zo ver buiten de stad ligt. Ons plan was vandaag om naar een moddervulkaan te gaan. We moesten lang wachten en het was een lange rit in een bus zonder airco. Na 3 uur moesten we ergens uitstappen om de laatste paar kilometers een motortaxi te nemen naar de moddervulkaan. Ondertussen had ik doodsangsten achterop de motor, achterom kijken om met mij te praten, één hand aan het stuur, auto´s die achter je toeteren die 120 km per uur rijden en zelf 90 km per uur rijden over heuvels en een witte lijn op de weg waardoor het glas was en we slingerden. Gelukkig waren we er binnen 5 minuten en stonden we voor de vulkaan. Wat was hij klein! Het zou de grootste moddervulkaan van Colombia zijn, maar het was slechts 15 meter hoog. Maar natuurlijk hadden we deze helse rit niet alleen om het bekijken gedaan, we namen natuurlijk een modderbad! We klommen in onze zwembroek en bikini omhoog op de trap en toen we bovenkwamen was er letterlijk een bad dat helemaal volzat met mensen die onder de modder zaten. Natuurlijk was het weer hartstikke druk, vakantietijd. Dat mocht natuurlijk de pret niet drukken enzodra het kon lieten Sam en ik ons in het bad glijden! Op de top van de berg zit een gat met een doorsnee van zo´n twee meter dat helemaal vol zit met modder. Het voelt echt onwijs vreemd om hier in te zitten! Je kon ook niet staan, de modder gaat waarschijnlijk helemaal door tot onder de grond en veel dieper, maar dat was ook niet nodig want je blijft gewoon drijven! Ik voelde me net een astronaut, zo moest het dus voelen om gewichtloos te zijn! We konden ook niet zwemmen en je had in de modder je eigen lichaam nauwelijks onder controle, het zweefde maar wat. Een hele vreemde ervaring! De modder zou een therapeutisch effect hebben op je lichaam dus Sam en ik bleven er een tijdje inzitten. Naast de vulkaan zit een gigantisch meer, dus nadat we weer naar beneden klommen en wat fotootjes maakten van ons onder de modder, sprongen we het water in. Na een tijdje boenen en schrobben om de modder van ons lichaam te krijgen, konden we weer terug naar Cartagena… Maar in totaal 6 uur reizen was het zeker waard!
´s Avonds kwamen we, wat we de hele reis al doen, bekende Nederlanders tegen, deden we een drankje en nog paar in het hostel. Tijd om wat te stappen vanavond! Het was een gezellige boel in het hostel met een grote groep Argentijnen die hier op vakantie waren en luidruchtig muziek maakten en de typische drankjes van Buenos Aires dronken. Zoals bijvoorbeeld Fernet waar je, naar het schijnt, geen kater van kunt krijgen!
Op oudjaarsdag zouden we lekker gaan relaxen op een strand van Cartagena, Boca Grande. Het was er een gezellige drukte, overall veel muziek en overal werd van alles verkocht en aangeboden. Natuurlijk kwamen we ook hier weer bekenden tegen, uit Australie, de wereld is zo klein! Het was een vreemd idee toen het zes uur was geweest en iedereen in Nederland dus al had afgeteld en het nieuwe jaar daar al was ingegaan! Dit jaar moesten we ook nog de oliebollen en appelflappen missen… Wij gingen rustig aan ergens nog wat eten en toen kon voor ons het feestje ook beginnen! Niemand leek echt te weten waar het feestje die nacht echt zou zijn, maar daar kwamen we vanzelf wel achter. We namen vrienden van ons mee ons hostel binnen en het was er een gezellige boel en een drukte. Om half 12 gingen we op weg naar de muur dat centro viejo van vroeger nog omringd, een uitzicht heeft over het centrum en de kust en waar Café del Mar zit met goede muziek. Velen zouden hierheen gaan, maar dankzij de hoge entrée ging niemand echt naar binnen en was het eromheen een drukke boel! Na een paar seconden aftellen werd er op twee plekken in de verte vuurwerk afgestoken. Hier doet men het niet zelf, maar wordt het georganiseerd. Het was ook het eerste vuurwerk dat we hoorden die dag, anders dan in Nederland, het was heel mooi maar na 5 minuten was het alweer afgelopen! Al het vuurwerk zal al wel met Kerst zijn afgestoken… In Colombia steekt men met Kerst namelijk wel zelf vuurwerk af! En vraag me niet hoe… Natuurlijk kwamen we ook hier binnen no time onze Nederlandse vrienden weer tegen die net uit Café del Mar kwamen en een stempel hadden. Ze tekenden een mislukte stempel met een pen na op mijn hand en met deze grap kwam ik zo binnen! Alleen bij Sam werkte het niet echt en moest er betaald worden. Helaas stonden we binnen een halfuur weer buiten, omdat we er met zijn allen uit werden gezet… Zo ook hebben we toen mogen meemaken wat voor een corrupte politieagenten hier in Colombia zijn…
Op nieuwjaarsdag gingen we met twee andere Nederlandse vrienden die we weer tegen waren gekomen naar een ander strand in Cartagena, waar we een heerlijk nieuwjaarsduik namen in de Caribische kust! Ook hier waren weer feestjes gaande en was het er gezellig. Colombianen zijn echt hele leuke mensen, heel vrolijk, impulsief en verwelkomend, ze doen alles voor je om een fijne tijd te hebben! Toch hebben we meegemaakt dat Colombianen geen tijd kennen, als je een uurtje later met ze afspreekt kun je er makkelijk 3 uur bij optellen! Die dag hadden we veel moeten wachten… We hebben serieus die ochtend met een Duitse vriend een uur lang op ons ontbijtje moeten wachten dat slechts bestond uit een omelet, muesli en pannenkoeken met fruit! Die avond hadden we met een Colombiaan afgesproken en hebben daar 2 uur op zitten wachten, uiteindelijk zat hij nog met een whiskey op het strand… Typisch Colombiaans! Toen gingen we uiteindelijk met zijn viertjes, vier Nederlanders die het gewend zijn om Nederlandse afgesproken tijd aan te houden, met veel honger van het wachten uit eten en raad eens, we moesten een uur wachten op ons eten! Uiteindelijk aten we om 11 uur ´s avonds! Die dag gingen we op tijd naar bed, want de volgende dag zouden we Cartagena alweer gaan verlaten…
Maandag namen we de bus via Barranquilla naar Santa Marta, om vervolgens naar Taganga te gaan dat daar dichtbij ligt. Ik noem even Barranquilla, want dat is de stad waar Shakira geboren is! De zangeres waar ik als kind zo´n fan van ben geweest. Het was niet de moeite waard om deze stad te bezoeken, het is na Bogotá, Medellín en Cartagena, de vierde grote stad van Colombia en er schijnt werkelijk niets voor toeristen te zijn en het schijnt geen leuke stad te zijn, het werd ons afgeraden. Zo keek ik vanuit de bus maar wat door de straten… Toen we aankwamen in Taganga was het een hel om iets te vinden om te overnachten, natuurlijk, hoogseizoen en ook hier zit het vol met Colombiaanse toeristen.
Taganga is een vissersdorpje dat dichtbij de stad Santa Marta ligt. Het is de laatste jaren onwijs toeristisch geworden en het dorpje lijkt wel te ontploffen door de vele mensen, barretjes, restaurantjes en auto´s. Het is hier zo druk door de mooie baaien en stranden hier en het ligt ook dichtbij het nationaal park Tayrona dat schijnbaar de mooiste stranden van Colombia zou hebben. Taganga is dé perfecte plek om de laatste anderhalve week te relaxen en nog even flink van de zon en de warmte te genieten! Sam en ik hadden dit aan het begin van de reis al gepland, aan het eind van onze reis zouden we ergens een tijdje lekker niets doen! Gister moesten we nog het één en ander regelen met hostels en nu zitten we uiteindelijk sinds gister in een leuk hostel en hebben we voor de laatste anderhalve week maar voor een private geregeld, om echt even tot rust te komen voordat we weer naar Nederland gaan! De laatste twee dagen zijn we dan ook lekker naar het strand gegaan, waar ik me de aankomende dagen ook lekker zal vertoeven. Sam is vanmiddag begonnen met een duikcursus om zijn PADI te halen, dat zal drie daagjes duren, dus Sam zit nog steeds niet stil! Volgende week bezoeken we waarschijnlijk nog even het nationaal park voor 2 daagjes en gaan we onze reis vervolgen naar ons allerlaatste land: Venezuela! Het plan is om daar twee daagjes aan de kust te zitten en dan meteen door te gaan naar Caracas waar we vandaan vliegen naar Amsterdam, over Madrid. We willen wel iets zien van Venezuela, maar er ook zo kort mogelijk zijn, want het schijnt een onveilig, backpackersonvriendelijk en duur land te zijn!
Viva Colombia
Bogota and Medellin
Eindelijk zijn we in Colombia, het land van de salsa, cocaine en de nep-billen. Colombia is dus totaal niet wat mensen ervan denken, de beelden van 10 jaar geleden met drugsoorlogen en mensen die hun steden niet uit konden zijn natuurlijk weldegelijk gebeurd. Maar Colombia lijkt wel het meest veranderde land in een korte periode want er is niets van terug te zien. Het is een van de welvarendste en goed geregelde landen tot nu toe en daarbij hebben de mensen ook oog voor kunst. De beroemde kunstenaar Botero heeft hier en daar een beeld of schilderij van dikke mensen staan, dikke paarden of dik fruit. En daar houdt zijn repetoire wel ongeveer een beetje op. Maar het is een vrolijke aanblik zo door de stad heen.
We gaan eerst langs het goud museum, en snappen de reden waarom de spanjaarden hier zo graag heen wilde komen. Daarna naar het politiemuseum met de motor, bril en wapens van Pablo Escobar en daarna hoppen we nog even langs het Botero Museum. We besluiten een avondje de stad in te gaan naar de Zona Rosa, het uitgaansgebied van Bogota... Het is echt super gezellig met 100den kroegjes en discotheken vlak naast elkaar. Het valt toch wel al snel op dat Cocaine hier een vrij normaal goedje is... voor 4 euro zijn mensen de hele avond voorzien en als ik het goed had begrepen mag je hier officieel met wat Coke op zak lopen. We krijgen flink wat aanbiedingen, maar slaan ze beleefd af. Nu moeten jullie niet denken dat Colombia zo´n drugbaronnen nest is, want denk er maar overna, Amsterdam is toch ook een prima stad met al die drugs!
Anyways, we worden gescout door een vreemd kereltje die ons vraagt of we de dag erna (na 3 uur slapen) in de Colombiaanse GTST willen spelen. Dit slaan we natuurlijk niet af, aangezien we er 30 euro voor krijgen, lunch en ontbijt en bovenal omdat het natuurlijk vet leuke experience is. Het speelt zich af in een voetbalstadion dat omgetoverd is tot een internationaal vliegveld. Wij waren de buitenlanders, en in tegenstelling tot andere werden we steeds naar voren geroepen om te figureren. We moesten natuurlijk niet écht acteren. Maar blijkbaar waren we ´´mooi´´ genoeg om frontaal in beeld gezet te worden. (Ik heb zo het idee dat Renée´s blauwe ogen en blonde haar daar een grote rol in speelde)
Iedere keer maar weer moesten we opnieuw het vliegveld uitlopen. Cuatro, Tres, Dos.... En gaan. Keer op keer. Dan weer in de rij van de Douane... en zo ging de dag heeeeel sloom voorbij. Het was wel erg gezellig want er waren veel mensen uit Colombia en ook uit Nederland e.o. waar we gezellig een praatje mee maakten. Mijn geluk kon niet op toen Renée een tijdje kwijt was en in een keer terug kwam als een vrouw uit de jaren 80. Ze moest in een flashback spelen en had een ontzettend tuttig truitje aan met schoudervulling. Op de set werd ze nog even opgemaakt en ondertussen maakte we een praatje met de filmsterren. Die voor ons maar een stel gewone mensen waren natuurlijk! De serie wordt door meer dan 100 miljoen mensen gekeken. Dus ik hoop dat we er nog wat van terug konden vinden.
Toen we terug naar de stad gingen zagen we de mooie kerstverlichting op de berg waarvan we nog over heel Bogota hadden gekeken. Kerst is hier een mega feest en dat wilde we in Medellin vieren. Maar er reden totaaaaaal geen bussen door de nationale kerstverplaatsing. Toch wisten we een plekje in de nachtbus te krijgen en zodoende kwamen we de dag erna aan in Medellin.
Medellin was de stad van Pablo Escobar. Tien jaar geleden de gevaarlijkste stad van de wereld (waar iedereen van Pablotje 1000euro kreeg als hij zij een agent vermoordde) en nu de modernste stad van het continent. En super veilig!! Pablo Escobar was een drugsbaas die zo ongeveer 50 procent van de wereld van Cocaine voorzag. Hij was heel geliefd onder de mensen omdat hij tegen de guerilla´s vocht en de armen voorzag van huizen, taxi´s en zelfs de totale schuld van Colombia wilde aflossen met zijn geld.
Toch ontkwam ook hij niet aan het recht, en hij mocht zijn eigen gevangenis bouwen. Dit leek echter meer op een resort, en bovendien zat hij hier veilig, met zijn eigen bodyguards. Toen de overheid ervan te horen kreeg besloten ze Pablo over te plaatsen, maar hij is gewoon de gevangenis uit gelopen, en ´m gepeerd.
Dus... Medellin. Het is een stad van 2,5 miljoen maar lijkt eerder een dorpje. Hier gaan we kerst vieren, dus voor kerstavond gaan we eerst langs de kerstlichtjes lopen. ´s Avonds gaan we stappen, het blijkt een grote flop te zijn want iedereen zit bij zijn familie. We rijden met 4 Nederlanders in een auto helemaal naar de andere kant van de stad om wat te vinden, maar we faalden. De auto begon nog te roken, en die konden we mooi nog even af laten koelen terwijl we even in een salsatentje gingen zitten.
Hier, in het salsatentje was het super gezellig, want lokale mensen (oftewel artificiale borsten en nep-billen mensen) waren hier lekker aan het dansen, chillen en vuurwerk aan het afsteken. heerlijk Colombiaans. Ook de dag erna, dus op kerstdag bleek het centrum uitgestorven, maar toen we met de kabelmetro (een kabelbaantje aangesloten op het metronetwerk om de arme buurten te ontsluiten) over de buitenwijken zweefde zagen we overal mensen salsa dansen op daken, barbequen, en een biertje drinken. De caribische sfeer klinkt hier echt een beetje door... en met de leuke mix van afrikaans afstammelingen, spaanse afstammelingen en mixjes doet het echt heel gezellig aan.
De mensen zijn hier ook buitengewoon aardig. Waar Argentijnen een beetje arrogant over kunnen komen. En Peruanen en Bolivianen nogal inheems en gesloten zijn is het hier op straat echt een feestje en daarbuiten echt een super welkom volk. We komen met het kabelbaantje aan in het gigantische park dat Medellin aan de andere kant van de berg heeft liggen. We drinken wat Moro-sap met onze Nederlandse vrienden en zijn er over uit dat dit een heerlijke vrucht is die we in Nederland niet kennen.
Dan gaan we op voor ons kerstdiner. Ons hostel heeft een prachtig diner klaargemaakt met kalkoen en groenten, aardappellen en rosbief... Echt overheerlijk. In ons hippe backpackers hostel genaamd PitStop leren we veel mensen kennen en besluiten s´avonds Latijns Amerikaanse beroemde Zona Rosa van Medellin in te gaan. En ja hoor... net als wij er zijn, is er niets te bekennen. Het is tenslotte kerstmis!!!
Het was overigens super leuk om even te bellen met thuis, ik denk dat ik ook voor Renée spreek als we met kerst liever in Nederland zouden zijn dan in Colombia. Maarja, dat denken jullie waarschijnlijk andersom haha.
Dan staat we tijdig op om uit te checken. We gaan nog even door het centrum van de stad lopen om wat lokale sfeer te proeven. We pakken de super turbo metro naar de stad en gaan op voor een heerlijk bakje Colombiaanse koffie en Tamalas (een aardappel, vleesstoofpotje in bananenblad) en lopen nog een rondje voordat we de nachtbus gaan pakken naar de Caribische kust. Onderweg wordt Renée bestolen van haar bril en boek... want dat is natuurlijk veel meer waard dan paspoorten en héél veel geld. Gelukkig voelt ze het, ze draait zich om en pakt gauw het boek terug. De vrouw geeft al snel ook de bril. Maar ik sta te koken en tik haar aan om te vragen wat ze vlak plan was. Renée staat ook na te trillen en we besluiten het hier maar bij te laten, en het even te melden bij de straatwacht. Maar toen zagen we in een keer politie, en warempel, verderop ook nog de vrouw. We zetten het op een rennen en voordat we het weten hebben we de politie en zo´n 30 toeschouwers mee. De vrouw wordt aangehouden en de politie zegt dat het niet haar 1e keer is. We doen geen aangifte en gaan snel weg, want er zijn niet zoveel frisse figuren in de buurt... En zo komen we toch nog even in de realiteit van Colombia. Want tot dusver is het gewoon een groot feestje hier!! Viva Colombia.
Feliz Navidad y Prospero Ano
Aan al onze trouwe volgers,
Bedankt voor jullie lieve en hilarische reacties.
Omdat het bij jullie al kerstavond is...
Beste wensen en een gelukkig nieuwjaar!!
Ciao Perú y Panamá, hola Colombia!
Nadat we Joran van der Sloot nog even gedag hebben gezegd in één van de ergste gevangenissen van Lima, waar hij Engelse les geeft en dagelijks liefdesbrieven van wanhopige meisjesuit Nederland ontvangt, gingen we op weg naar het vliegveld van Lima!
Om een uurtje of 3 ´s middags zou onze vlucht naar Salvador vertrekken, om vanaf daar een vlucht te nemen naar Panama City. Deze omweg had ons tijdens het boeken 250 euro gescheeld en voordat geld zitten wij natuurlijk wel een paar uurtjes extra in het vliegtuig! Natuurlijk nemen wij ook de 2 uur durende bus in plaats van de taxi van een halfuurtje om 2 euro per persoon te besparen, we hadden toch alle tijd ´s ochtends! Achteraf bleek dat de bus er ook veel sneller over deed en zo waren we al om een uurtje of 11 op het vliegveld. Zo hadden we alle tijd om geld voor de airport tax te regelen, want Peruanen zijn er heel goed in om zoveel mogelijk geld van toeristen af te troggelen! De Bolivianen daarentegen kunnen daar nog wel goed van leren. De tax bedroeg 90 soles, wat zo´n 30 euro is en laat ik nou net nog maar 60 soles hebben! Natuurlijk ben ik het wachtwoord van mijn creditcard kwijt, maar na 2 mislukte pogingen konden we een bank vinden waar ik 12 euro opnam. Die man keek me vragend aan: ´12 euro maar?´ Ja, sorry, airport tax... Toen gingen we de douane en immigratie door en wat bleek? We hadden nog nergens tax hoeven te betalen! Na wat rondvragen scheen de tax al bij onze ticket in te zijn begrepen... Allemoeite voor niks! Maar wel 100 soles over, al konden we die in Salvador en Panamá natuurlijk niet omwisselen.
Na nog een lange tijd wachten kwamen we rond een uurtje of 7 aan in Salvador. We hadden anderhalfuur overstap tijd en in de tussentijd probeerden we zo veel mogelijk van Salvador proberen te zien, tenminste, de souvenirwinkeltjes en ansichtkaarten aflopen, want we hadden geen tijd om een stempel te halen. Toch zijn we stiekem ook een beetje in El Salvador geweest! Tegen 12 uur waren we in Panama. Buiten kwam er meteen een hele hittegolf op ons af en werden we verwelkomd door tropische plensbuien. Ons plan was eerst om nog een hostel te gaan zoeken in het centrum, maar op dit tijdstip was de enige optie een taxi van 25 dollar en dus belandden we in een express hotel vlakbij het vliegveld waar we uiteindelijk na een hele lange dag van reizen lekker konden slapen.
Zondagochtend gingen we zo snel mogelijk naar het centrum van Panama City, dat lag nog 20 km verderop. We namen de bus, het duurde even, maar het was voor mij een hele interessante busrit met nieuwe indrukken en eye-openers! Het is echt leuk om vanuit Peru naar weer een totaal ander land te vliegen. Het is officieel geen Zuid-Amerika, het behoort tot Centraal Amerika en daardoor is er meteen een totaal andere sfeer, een echte caribische sfeer! Het klimaat is sowieso totaal anders, in Peru is het rond de 24 graden en zijn de nachten heel koud, in Panama is het 10 graden warmer en veel vochtiger. Waar in Peru iedereen gewoon in lange broeken en jassen liep, loopt echt iedereen hier in naveltruitjes, korte broek en slippers! Het ziet er heel tropisch uit en er ontstaat een relaxe sfeer. Het eerste wat bij mij op viel is dat meer dan 50 % een negeroïde uiterlijk heeft en dat terwijl we in heel Zuid-Amerika de personen op maximaal twee handen konden tellen! Om de eerste twee weken even Brazilië buiten beschouwen te laten natuurlijk. Ook kwam ik erachter dat ook Panama noginheemse volkeren kent waar de vrouwen traditionele kleding dragen. De kleding is weer totaal anders dan in Bolivia en Peru, de traditionele kleding hier bestaat uit omgeslagen doeken met veel kleuren, een neusring en héél veel sieraden met kralen. Zelfs de blote benen van de vrouwen zitten helemaal vol, waardoor het gewoon lijkt dat ze broeken aanhebben! Wel moet ik zeggen dat je hier slechts enkelen daarvan ziet in vergelijking met Bolivia en Peru. Het landschap van Panama was ook anders dan verwacht, er waren bergen en alles was zo onwijs groen. Maar wat wil je ook als het bijna elke dag wel een keer regent!
Hostels zoeken was ook nog nooit zo lastig geweest als hier, alles was hier volgeboekt. Na heel lang sjouwen en rondlopen vonden we eindelijk een goedkoper hostel in een ´echte´ Panamese buurt waar het hostel onder andere gebruikt werd voor hele andere dingen... Ook heb ik hier voor het eerst een kakkerlak gezien! Sam zat echt letterlijk tegen het plafond aan en ik wist eerst niet eens wat het was hahaha.
Onze reis was al 3,5 maand soepeltjes verlopen zonder enige problemen, dus het moest er natuurlijk wel gewoon een keer van komen! Het waren zware dagen in Panama, we zaten nu echt letterlijk in de put! Ons oorspronkelijke plan was om naar Panama te vliegen zodat we daarvandaan een prachtige boottrip van 5 dagen langs de San Blas eilanden konden maken, de prachtige eilanden waar onder andere de foto´s worden gemaakt voor mooie screensavers en bureaubladachtergronden. Dit zou dan ook echt hét hoogtepunt zijn van onze reis dat we vantevoren al hadden gepland. Maar alles veranderde. Al snel kwamen we erachter dat zo´n trip 450 dollar kost en wij waren te naïef geweest om te bedenken dat we het wel voor veel minder zouden kunnen krijgen. Het tweede probleem was dat de eerst volgende beschikbareboot waarschijnlijk pas in de tweede week van januari zou vertrekken! Wat moesten we nou doen? We gingen nog verder op zoek, maar echt niemand had iets beschikbaar.
Het probleem is de Darian Gap.Het isonmogelijk is om over land naar het buurland Colombia te reizen, omdat de Darian Gap ertussen ligt. Het is één van de onbekendste en onaangetaste oerwouden ter wereld en het zit er vol met guerilla-strijders. Er lopen geen wegen, helemaal niks. We lazen dat er wel degelijk trips met gidsen bestaan om door de Darian Gap heen te komen, maar de kans dat je in de Darian Gap overlijdt is 60 % en dat is echt schrikbarend. De enige optie om dus naar Colombia te komen is per boot of per vliegtuig.
Die dag had werkelijk niets opgeleverd, we hadden veel naar alternatieven en oplossingen gezocht, maar voor vandaag kwamen we er niet uit. We zaten vast in Panama en we wilden hier zo snel mogelijk weg, alleen al omdat we ons zo opgesloten voelden. We moesten er maar eens een nachtje over slapen.
Maandag was het niet minder erg, nu begon een serieuze zoektocht naar een alternatief om in Panama te komen. De boottrip was ten eerste te duur en ten tweede ging er gewoon geen één en zouden we onze vlucht de 15e vanaf Caracas, Venezuela, missen. Dan was er natuurlijk het vliegtuig. Op internet vonden we dat je voor 80 dollar naar een grensplaatsje kon vliegen en vanaf daar een goedkope boot naar Colombia kon nemen. Dat was onze redding! Ware het niet dat we op het vliegveld om de tickets te kopen erachter kwamen dat alles vol zat tot, ja hoor, 12 januari! Dan was er natuurlijk het alternatief om naar Colombia te vliegen met een internationaal vliegtuigmaatschappij, maar alle vluchten waren rond de 600 dollar! Dat feest ging dus ook niet door. We waren echt radeloos, alles zat ons tegen. Na uren zoeken en ellende besloten we even om wat ontspannends te doen en aangezien we in Panama natuurlijk nog wel de wereldberoemde Panama-kanaal wilden bezoeken, gingen we hierheen. We gingen naar de sluizen die toegang geven tot de Stille Oceaan waar je uitzicht had op het kanaal. Ontspanning was het zeker voor eventjes. De eerste indruk van mij was ´Wat is het kanaal bij de sluizen klein!´ Ik snapte niet hoe al die verschrikkelijke grote containerschepen hier doorheen konden varen. Maar het werd pas echt duidelijk toen we het tweede schip door de sluizen zagen gaan, het proces duurde zo´n 20 minuten voor een boot en ging door drie sluizen op dit punt. Er ging een gigantisch containerschip doorheen en het pastte echt maar nét! Het was echt onwijs gaaf om zo´n gigantisch schip in het water te zien zakken, met zo´n 500 containers op het dek. We schrokken nog het meeste toen we hoorde dat het 400.000 dollar kost per schip om door het kanaal heen te mogen varen. Vind je het gek dat Panama zo´n rijk land is! We snapten meteen hoe het kwam dat Panama City helemaal vol staat met wolkenkrabbers.
Op de terugweg hoorde we ineens heel goed nieuws van zomaar een suffe taxi-chauffeur dat er wel eenweg is naar een grensplaatsje en dat er zelfs dagelijks bussen gaan, vanaf hier moesten we dan een boot pakken naar Colombia. We geloofden ons oren niet, was er dan toch echt een goedkope optie! We lieten ons meteen rijden naar de busterminal op overal rond te vragen. Hier begon nog een onmogelijke zoektocht. De ene persoon zei dat het niet bestond en de ander stuurde ons weer van hop naar her. Er werd ons verteld dat we ergens anders moesten zijn om die bussen te nemen en namen we de bus naar een beschreven plek, natuurlijk wist niemand daar waar we het over hadden... Overal vragen en via via leken we dichterbij te komen, dit zou een goede zoektocht kunnen zijn voor iets als Expeditie Robinson! We vroegen onder andereinheemse mensen, want deze zouden hier toch vandaan moetenkomen?Uiteindelijk kwamen we in een vreemd straatje met een kantoortje met een paar jeeps ervoor, dit moest het dan zijn! Uiteindelijk spraken we goede man en hij vertelde ons dat we een jeep moesten nemen, een speedbootje, nog één en nog één de grens over naar Colombia... en dit zou uiteindelijk alsnog 200 dollar gaan kosten! Het werd ons ook nog eens vertelde dat het gevaarlijk zou kunnen zijn vanwege drugsdealers en het zouden twee heftige dagenworden op een klein bootje in verschrikkelijk weer, aangezien december veel regen en storm oplevert midden op zee. Na zo´n lange zoektocht dus weer geen goed nieuws!
Wel kwamen we bij toeval erachter dat we voor zo´n 280 euro naar Bogotá konden vliegen, en ja hoor, weer over Salvador. Dit leek de enige redelijke optie, maar toch wisten we natuurlijk niet wat we moesten doen! We maakten een plan voor de volgende dag, een heel stappenplan, en aan het eind van die dag zouden we uiteindelijk een beslissing moeten maken. De eerste stap was om 6 uur opstaan om bepakt en bezakt om 7 uur op het vliegveld klaar te staan om goedkopere lastminute tickets naar Colombia te regelen.
Daar stonden we dan, dinsdagochtend, klaar om zo een vlucht te nemen naar Colombia, zonder vliegticket... Al snel kwamen we erachter dat er hier niet iets bestond als lastminute prijzen en alles voor dezelfde, vaste prijzen verkocht zouden worden, zelfs als er nog een heleboel stoelen in het vliegtuig over waren. De vluchten waren nog duurder dan verwacht, die ene van 280 euro was vol en alles was zo´n 400 dollar per persoon. De moed zakte ons weer in de schoenen, daar stonden we met alles, dalijk konden we met al onze bagages weer terug naar de stad gaan, een hostel zoekenen onze stappenplan verder aflopen... Maar we gaven niet op! We bleven rondvragen, belden callcenters, gingen op zoek naar hoge pieten in kantoortjes en toen kwamen we aan de praat met wel een hele behulpzame sterwardess!
Ook zei weer uitgebreid op zoek naar goedkope vliegtickets op het internet. Ze probeerde alle grote 6 steden in Colombia, allemaal minstens 400 dollar. Toen probeerde ze de bestemming San Andrés eiland van Colombia… Dat was maar 190 euro! Maar waarom een eiland dat helemaal bij Cuba ligt? Dan zitten we alleen maar nog meer vast! Ze vertelde dat het een overstap had in Bogotá… Ik zag Sam´s gezicht helemaal opklaren, ´Dan kopen we een ticket naar San Andrés eiland, ´missen´ we onze aansluiting en blijven we gewoon in Bogotá!´ De stewardess begon te grijnzen en keek ons ondeugend aan. ´You can do it, but it is bad, very bad.´ Haha maar dat kan ons niks schelen! We werden al helemaal enthousiast, maar toen warden we als een donderslag op de feiten gedrukt. Onze baggage! Dat zou natuurlijk gewoon doorgelabeld worden naar het volgende vliegtuig naar dat eiland en dan zouden we zonder baggage zitten. Toen kwamen we op het idee om onze twee grote backpacks die 15 kilo per stuk zijn als handbaggage te gebruiken, maar zou dat goed gekeurd worden bij de check-in? Weer keek de stewardess ons ondeugend aan, ´Dat moeten jullie maar aan de douane vragen.´ Als een gek maakten we onze backpacks kleiner, door dingen weg te gooien, veel kleding aan te doen en de hendels flink strak aan te trekken. Sam ging het aan verschillende personen bij de douane vragen en kwam terug met het antwoord dat als de stewardess bij de check-in het heft goed gekeurd, de douane er niet veel meer tegen in zou kunnen brengen. We gingen terug naar de stewardess, ´als u een oogje voor ons dichtknijpt en u zelf ons incheckt komen we er gewoon door geen met al het baggage!´ Ze wou het voor ons doen en toen werd alles eigenlijk ineens heel snel geregeld. Ze verkocht de tickets aan ons en checkte ons meteen in. We moesten twee uurtjes wachten en het was een uurtje vliegen. Dat zou betekenen dat we al gewoon binnen 3 uur in Bogotá zouden staan, we waren zo blij! Het blijft natuurlijk vreemd dat alle vluchten naar Bogotá 400 dollar kosten en een vlucht via Bogotá maar 190 euro. Wel hadden we nog een klein probleempje bij de douane, onze backpacks zaten natuurlijk wel vol met flesjes met vocht, een vijl, een schaartje en een zakmes… Ik hoopte zo erg dat we niet alles zouden verliezen, ik liep namelijk onder andere al 3 maanden met 4 flessen deo te sjouwen, omdat we die ergens gratis hadden gekregen. Alle flesjes met vocht waren geen probleem hier. Wel werd een vijl en het Zwitsers zakmes van Sam afgenomen, wat wel heel erg balen is! In eerste instantie werd ook het nagelschaartje afgenomen, maar vreemd genoeg stopte de man van de douane het heel stiekem onopvallend terug in mijn hand, ik mocht het van hem houden. Nu waren we door de check-in, immigratie en douane heen en het enige wat ons kon tegen houden waren de stewardessen in het vliegtuig dat de baggage alsnog naar de check-in zou sturen, als het niet in het vliegtuig zou passen. Dat ging gelukkig heel erg makkelijk en voor het wisten stonden we in Bogotá! We negeerden de rij ´connecting flights´ en liepen door naar de immigratie. Toen we eenmaal buiten waren kon ons geluk niet op en we vroegen ons lachend af hoe vaak ze door de microfoon zouden reopen: ´Sam Gertsen en Renée de Both, u mist uw vlucht, kom zo spoedig mogelijk naar de gate.´ En we ondertussen een vertraging zouden veroorzaken…
Vrijheid! We voelden ons eindelijk niet meer opgesloten en konden gaan naar waar we wilden. Maar alles niets ten nadelen van Panama. Het was best wel een leuke stad, maar ook wel vreemd. Het leek wel of het rijke deel waar alle sky scrapers stonden volledig langs het armere deel leefde en andersom. Het armere deel daar waar overal harde muziek te horen was, iedereen op straat hing en echt overal eettenten stonden. Het was zeker wel echt leuk om even de Carribische sfeer te proeven en een klein deel van Centraal Amerika te hebben gezien, want het smaakt naar meer! Toch hebben we een fout gemaakt en onszelf een beetje in de problemen geholpen. Eigelijk zijn we een beetje voor niks helemaal via Salvador gevlogen naar Panama, om vervolgens weer terug te gaan naar Colombia. We hadden eigenlijk vanaf Lima gewoon een vlucht moeten boeken naar Colombia, dat had ons waarschijnlijk ook nog een hoop centjes vooraf gescheeld. Of we hadden vantevoren al een boottrip moeten boeken en daar genoeg geld voor opzij moeten leggen. Alle trips regelen tot nu toe ging zo makkelijk, ter plekke en voor een goedkopere prijs, maar we hebben ervan geleerd!
Toen we op het vliegveld van Bogotá waren aangekomen, bleek dat de verhalen waar waren. Echt onwijs veel vrouwen lopen hier rond met opgepompte borsten én kont! Het schijnt hier heel normaal en geaccepteerd te zijn. Vooral de opgepompte kont ziet er écht niet uit, in Nederland zouden we iemand afkeuren omdat het zo´n dike kont heft. Bovendien ziet het er allemaal zo onwijs nep uit, ik snap niet waarom mensen dit doen. Medellín schijnt de stad te zijn met de meeste vrouwen die opgepompte borsten hebben, dus we zullen het wel zien!
Nu zitten we nog steeds in Bogotá. Ons plan was eerst niet hierheen te gaan, omdat het te ver uit de route zou liggen, maar door alle veranderingen is het nu wel heel leuk dat we hier toch kunnen zijn! Het is een leuke stad, dat ik overigens niet had verwacht. Het enige nadeel voor mij is echt het klimaat. Het is hier gemiddeld 14 graden het hele jaar door en dat is voor mij gewoon echt te koud! Vooral nadat we nu uit het warme Panama zijn gekomen! We hebben hier gisteren een leuke dag gehad en vandaag wordt het weer een dagje Bogotá, maar Sam zal jullie daar later meer over vertellen… Morgen nemen we de bus naar Medellín, omdat we Kerst zo graag daar willen vieren! En het daar gelukkig ook weer een stukje warmer en zonniger schijnt te zijn…
Alvast superfijne Kerstdagen voor jullie!!
Het putje van de wereld
De woestijn van Ica loopt direct over in de zee het strand is daarom moeilijk te definieren. Wij leggen ons handoekje neer in Huaccachina, een oase in de woestijn (eigenlijk gewoon net om de hoek bij Ica). Huaccachina an het Peruaanse Soles budget en is een oase met daaromheen plek voor 200 man. Gebouwd voor de elite van Peru.
Nu is van die vervallen glorie een heus backpackersoord overgebleven. Veel buitenlanders strandden hier neer om te genieten van het kleine beetje schaduw omringd door zandduinen van max 2000 meter hoog.
Sinds 1930 is hier niets meer veranderd en van glorie is niets meer te bekennen. Dus ipv elite nu de twee skirste (....dat betekent ´´goedkoopste-gierigste´´ onder de jeugd) backpackers van Latijns Amerika.
We komen een Nederlander en twee canadezen tegen waarmee we het goed kunnen vinden, maar helaas gaan zei de andere kant op met hun reis. Zo zijn we al meerdere leuke mensen tegengekomen waar we
niet lang mee kunnen reizen (onder het gros van hippiebackpackers of overbezorgde stijve reizigers). Soms is dat wel jammer maar we hebben gelukkig veel plezier met z´n tweetjes en kunnen lekker
onze eigen gang gaan! En dat is ook heel wat waard.
We besluiten wat te relaxen hier, we hebben veel hoogland gezien en traditionele (afstandelijke) mensen en het ziet ernaar uit dat hier nu verandering in gaat komen. Bolivia en Peru zijn echt
fantastische vakantielanden, met hele eigen (inca) cultuur, eigen gerechten (niet zo lekker) en prachtige natuur. Toch houden de meeste mensen gepaste afstand van toeristen en zien je toch
voornamelijk als geldbommetje.
´s Avonds ga ik sandboarden in de duinen, het zand is afgekoeld en het is eigenlijk wel leuk in deze grote zandbak. De rit met de buggy naar de juiste duinen toe is eigenlijk nog een stukje gaver. Met 80kmpu racen we duin op en af. De Peruaanse Schumacher heeft de 350pk motor aardig onder controle wat er in resulteert dat we over de duinen vliegen en soms duinen afrijden met een helling van meer dan 50 graden. Echt heel gaaf!! Het sandboarden is heel lastig vergeleken met snowboarden. Het materiaal is niet echt goed en het sturen in het zand gaat heel stroef. Iedereen switht naar buiksleeen wat verassend leuk is.
De dag erna gaan Renée en ik weer iets samen doen, na het heuze feest van het wijnproeven in Argentinie willen we dit graag herhalen. Echter kunnen Peruvianen TOTAAAAAL geen wijn maken. Echt het is hilarisch wat we te drinken krijgen, een soort limonade met alcohol smaak. Zoete rode wijn!!! zo heette het ook. Erg interessant, maar echt niet lekker. Het is ook een beetje vreemd dat er hier midden in de zandwoestijn wijngaarden zijn, maar de onderwaterrivieren (ICA´s in de taal van de inca´s) zorgen ervoor dat er toch erg grote wijngaarden zijn. Er is maar één exporteur, dat is TACAMA, probeer het eens en je tong zal het je niet in dank afnemen!
Leuker is eigenlijk het leren over sterke dranken. We doen dit met de nationale drank Pisco, een soort fruitige rum. Goed naar de plakkerigheid van de drank op het glas kijken, ruiken en niet gaan tranen, een beetje op je hand doen en kijken of het verdampt. En hoppa,... beetje lucht erbij en als het geen pijn doet aan je keel, en aan alle voorgaande voorwaarden voldoet heb je een goede pisco tepakken. Zo gaan we wat wijn en pisco bodega´s af en onze chauffeur doet goed mee! Probeer eens een Pisco Sour te maken, is echt een heerlijke cocktail en wordt door heel West-Latijns Amerika gedronken. Het verbaast ons dat dit drankje in Nederland niet bekend is. Zal wel zijn doordat er ei-wit doorheen zit.
Oke op naar Lima, we rijden over de Panamerica langs de kust naar Lima. Door vele, eigenlijk door iedereen voor ons afgeraden. Echt 100 mensen hebben gezegd dat we hie rniet langer dan een dag hoeven te zijn. Het is echt veelste gevaarlijk, en er valt niets te beleven.
Misschien komt het door onze lage verwachtingen, maar we zijn nu in Lima, hebben de twee prachtige pleinen, Plaza Mayor en Plaza San Martin gezien. Hebben een tripje gemaakt naar de wijk Miraflores en zagen daar een prachtig Algarve achtige rotskust, met groot bijpassend strand en wisten niet wat we zagen. Het putje van de wereld, is in potentie de mooiste stad ter wereld, prachtig gelegen aan het strand. Zo zie je maar, gewoon een kans geven en dan valt het reuze mee. Toch gaan we hier morgen alweer weg maar dat komt omdat we een vlucht moeten halen.
We hakken snel nog even wat rijst naar binnen bij de Chifa (de Chinees) waarvan er vele zijn. (Een enorme influx aan Chinezen hier in West Latijns Amerika.... ook Chinese automerken Geely (eigenaar van Volvo), Great Wall, Hoajin enz.). Ow trouwens we hebben gister Cuy gegeten, voor de dierenliefhebbers, dat is een nationaal gerecht, hamster. Was erg mals, maar een beetje flubberig, misschien volgende keer proberen bij een restaurant met gerechten van meer dan een euro! Maar toch de moeite waard. Andere gerechten zijn trouwens, Lomo Saltado, Ceviche, Palto Relleno en Chicharron.... allemaal niet echt hoogstaand maar misschien wel leuk om te onthouden en thuis een keer te eten. Vandaar dat ik het opschrijf.
Machu Picchu, Colca Canyon, mijn verjaardag...
We zitten alweer midden in de decembermaand, feestmaand! Dat betekent dat we een heleboel leuke dingen in Nederland moeten missen, maar ook dat we deze in het bijzonder mee kunnen maken hier op dit continent! Zoals Sinterklaas, mijn verjaardag, Kerst, Oud en Nieuw... Daarbij moet ik vertellen dat ik familie en vrienden extra mis! Ondertussen tikt de tijd wel door en zijn we extra aan het genieten van de laatste maand die alweer bijna ingaat... De afgelopen week was een hele drukke week en hebben we weer hele bijzondere dingen meegemaakt, zo ook heb ik mijn verjaardag op een hele bijzondere manier mogen vieren!
Vorig weekend waren we in Cuzco, een verbazingwekkend leuke stad voor Peru. Het centrum bestaat uit koloniale gebouwen, een super gezellige plein en een heleboel kerken en cathedralen. Wel hadden we meteen door dat het super toeristisch was en het daarom ook een stuk duurder was (al moet ik zeggen dat na een maand Bolivia alle prijzen wel weer even wennen zijn). Het is onder andere toeristisch doordat Cuzco de dichtsbijzijnde grote stad is bij Machu Picchu. Machu Picchu is de highlight numer 1 van heel Zuid Amerika en de meeste toeristen in Zuid Amerika passen allemaal hun reis aan om deze bijzondere plek te zien. We besteden het weekend om het één en ander van Cuzco te zien en de voorbereidingen te doen voor Machu Picchu. Het kostte nogal wat moeite om uit te zoeken wat de goedkoopste manier was om er te komen en alles wat er nog meer bij kwam kijken. Zo kwam er ook nog het probleem bij dat de internetsite om de tickets te bestellen het niet deed en we dus tot maandag moesten wachten om een kaartje te kopen...
Machu Pichhu is in 1911, dit jaar precies 100 jaar geleden, ontdekt door Bingham. Het is een grote ruine dat vroeger, rond 1500, een stad was van de Inca´s. Het is één van de nieuwe 7 wereldwonderen. Het bijzondere van de ruine is dat het omringd is door een prachtig landschap! Machu Picchu ligt heel hoog op een hele steile berg, waardoor je het vanaf de grond onmogelijk kunt zien. Men weet heel weinig over de ruines van de Inca´s en voor 1911 wist helemaal niemand iets over deze plek. Het was door iedereen ´vergeten´ en staat bekend als de Lost City. Er bestaat een theorie dat de Inca´s in die tijd verdreven werden door de Spanjaarden en daarom een stad bouwden dat zij onmogelijk konden vinden. Maar waarom hebben ze uiteindelijk de stad ook weer verlaten? De stad heeft aan weerszijde twee bergen, Machu Picchu de berg en Wayna Picchu met daarvoor ook nog een kleinere berg. Vanaf de oude stad loopt een trail dat ook door de Inca´s is gemaakt over de bergen waar je ook nog oude ruines van de Inca´s kunt bezoeken.
Maandag kochten we dan eindelijk de tickets voor Machu Picchu voor de volgende dag, we besloten zo snel mogelijk te gaan, aangezien Cuzco alleen maar hele dure dingen te bieden had en we geen dag wilden verspillen. We kochten ook meteen treintickets en ons plan voor Machu Picchu stond toen vast! Meteen die dag, op 5 december, pakten we een busje van Cuzco naar Ollantaytambu, waarvan we de trein pakte naar Aguas Calientes. Het was een hele bijzondere treinrit in een bijzondere trein, bij elkaar duurde de reis zo´n 4 uur. Het is de enige manier om bij Aguas Calientes te komen, het dorpje dat onder aan de berg van Machu Picchu ligt en ook omringd is door enorme, groene pieken van bergen. Het dorp is echter ook te bereiken via de zogenaamde Inca-trail. Dat is een beroemde driedaagse wandeltocht van Cuzco naar Machu Picchu dat wel 600 dollar kost en waarvoor je je zo´n 3 maanden vantevoren moet inschrijven. Het leek ons nogal irritant als je drie dagen lang bent wezen klimmen en je vervolgens bij Machu Picchu de busjes aan zag komen met rijke Amerikanen. Tenslotte is het ook veelste duur! Ook in dit dorpje leeft natuurlijk iedereen van het toerisme, het bestond eingelijk maar uit één straat dat vol staat met dure restaurantjes, souvenirs winkeltjes met aan het eind een zwembad met hottubs, waar wejammer genoeggeen gebruik van hebben gemaakt...Die dag heb ik Sinterklaas wel heel erg gemist, de pepernoten, Marsepein, de gezelligheid, de sfeer en familie! Bij ons thuis wordt het altijd heel erg uitgebreid gevierd, meer dan Kerst! Het was dan ook een echte verrassing toen ik zag dat de Sint ook in Peru was langsgeweest! Wij sloten deze dag af met een cadeautje voor Sam en een lesje poolen voor mij... Maar onze echte bijzondere cadeau zou de volgende dag pas komen!
De volgende ochtend ging bij ons om 4 uur de wekker om de eerste bus omhoog naar Machu Picchu te halen. De eerste bus zou om half 6 vertrekken en het was ons gelukt om bij één van de eerste te horen in de eerste bus! Dit was ons aangeraden, omdat je dan de hele dag hebt en je Machu Picchu nog kunt zien zonder dat het vol staat met toeristen. Het was een klein halfuurtje omhoog rijden en daar stonden we dan om 6 uur ´s ochtends in Machu Picchu! Het was heel bijzonder om er te staan, terwijl er nog bijna niemand was. Je zag alleen nauwelijks nog iets, omdat het regende en super mistig was! We hadden ons al laten vertellen dat we niet bang hoeven te zijn, omdat de mist naar mate het meer dag wordt wel verdwijnt. In ieder geval kwam onze pas gekochte poncho´s wel goed van pas! We liepen ´snel´ even een rondje door Machu Picchu voor de eerste fotootjes, omdat we ook een ticket hadden om de Wayna Picchu te beklimmen en we hadden alleen toegang tussen 7 en 8 uur. Het leek ons leuk om eerst Machu Picchu te bewonderen van boven en dan ´s middags door de ruines heen te lopen. Het was nog een hele klim om boven op de berg te komen dat 360 meter boven Machu Picchu ligt en ik begreep dan ook dat ze zeiden dat de klim alleen bestemd was voor de goed fysiek gestelde mensen... Het was echt een hele mooie klim met af en toe een paar mooie uitzichten door de wolken heen en een paar ruines. Het idee was ook wel bijzonder dat de Inca´s heel lang geleden het pad omhoog hebben aangelegd. Toen we na ruim een halfuur boven waren hadden we gelukkig heel snel nog even uitzicht op Machu Picchu voordat de wolken al snel weer voor het zicht dreven. Sam en ik besloten de trail door te lopen naar Temple de la Luna en La Caverna, twee grotten van de Inca´s dat nog een heel eind lopen en klimmen was. We waren bijna de enige die de trail liepen! Het was eerst aan de andere kant van de berg weer helemaal naar beneden lopen, dat misschien wel even vermoeiend was als omhoog klimmen. Nadat we de ruines hadden bekeken was het weer een behoorlijke klim omhoog! Toen we weer op een bekend punt kwamen besloten we ook nog eens de kleine berg vooraan te beklimmen in de hoop nu een iets lager, maar een helder zicht te hebben op Machu Picchu, aangezien de wolken al een stuk minder waren geworden. Ook dit uitzicht was weer ontzettend mooi! Toen we dit gebied verlieten moesten we aangeven dat we het verlieten, zodat ze weten dat we onderweg niet ergens naar beneden zijn gekukeld. Tot onze verbazing hadden we hier 4 uur lang rondgelopen, terwijl bijna ieder mens na ons allang weg was. We waren denk ik bijna de enige die alle 3 de trails hebben beklommen! Na één uur sluit dit deel van Machu Picchu, omdat ze niet willen dat teveel mensen te vaak over het pad lopen, dat is ook de rede dat er iedere maximaal maar 400 mensen worden toegelaten tot Wayna Picchu. Nadat we snel wat hadden gegeten en gerust gingen we door de ruines doorlopen en wat is het groot! Eerst liepen we omhoog om en toen had ik echt een feest van herkenning. Elke beroemde foto van Machu Picchu is op die plek gemaakt en natuurlijk moesten wij daar ook het één en ander klikken! We liepen verder naar boven dat ons zou leiden naar La Puente de Los Inca´s. Het is een héél smal bruggetje, eigenlijk een richel, langs een ravijn waar de Inca´s vroeger overheen liepen. Je ziet dat het zelfs is afgebrokkeld en er zijn zelfs twee houten plakken geplaatst. Echt doodeng voor iemand met hoogtevrees! Sam was helaas niet over te halen om er niet overheen te lopen... Gelukkig, toen we dichterbij kwamen bleek dat het zelfs verboden was om er overheen te lopen, te gevaarlijk! Daarna liepen we nog uren door de ruines, het was zo bijzonder! Muren en alles waren nog intact en was zelfs een fontein dat nog steeds voor water zorgt. Af en toe regende het, maar door de poncho´s hadden we daar totaal geen last van! We hadden geen ticket voor de bus terug naar beneden, omdat we hadden besloten naar beneden te lopen, dat zou zo´n uurtje duren en dan hadden we toch nog een beetje onze eigen trail gelopen. Uiteindelijk tegen zessen kwamen we beneden aan in Aguas Calientes, na 12 uur lang alleen maar te hebben gelopen, geklommen en te hebben gedaald. Het was echt een hele zware dag geweest! Na eindelijk wat gegeten te hebben, de Nederlanders bij toeval weer even tegen te zijn komen, namen we trein en een taxi voor anderhalfuur rijden voor dezelfde prijs als voor een busje (?) terug naar Cuzco. Om 10 uur lagen we eindelijk weer in een heerlijk bed en de volgende ochtend zou om 5 uur weer de wekker gaan om de bus te pakken naar Arequipa...
De bus vertrok na een halfuur wachten eindelijk om 7 uur ´s ochtends. De rit zou zo´n 9 uur duren, maar uiteindelijk kwamen we pas tegen zessen in Arequipa aan! En dat terwijl ik al sinds 10 uur naar de wc moest en de bus nergens stopte... Ik geniet vaak van busritten, omdat je dan heel veel ziet, maar op zulke momenten is het vreselijk! Toen we in Arequipa waren zagen we dat het net zo mooi, of zelfs mooier, was als Cuzco. De huizen zijn van wit steen en het centrum ziet er super gezellig uit! Het is de tweede grote stad van Peru en is omringd door droge gebergten met één grote berg, El Misti, dat boven alles uitsteekt. Het is nog een actieve vulkaan, in rust, dat zo´n 6000 meter hoog is en de makkelijkste berg van 6000 meter schijnt te zijn om te beklimmen. Donderdag liepen we wat door Arequipa rond en zouden we bekijken wat we de komende dagen zouden doen. We wilden heel graag El Misti beklimmen, maar de gids ging pas met een tour de berg op als er minstens 3 personen deelnamen en wij waren de enige voor de dag erop. Die tour ging dus helaas niet door, want het zou te gevaarlijk zijn zonder gids, maar in de plaats daarvan zouden we die vrijdag naar de Colca Canyon gaan! Deze is dubbel zo groot als de beroemde Grand Canyon, is 3400 meter hoog en is de diepste canyon ter wereld! Er werd onds verteld dat dit wel te doen is zonder gids...
Vrijdagochtend ging deze keer onze wekker om half 3... Jaja, we zaten er deze week lekker in met de vroege ochtenden! Om 3 uur zouden we opgehaald worden door een busje dat ons naar de canyon zou rijden. We moesten wel zo vroeg gaan, aangezien het nog 6 uur rijden was naar de canyon en we die dag niet meer de trekking door de canyon konden doen. Een gids dat meereed in het busje vertelde ons dat het onmogelijk was om de trekking in één dag te doen, maar wij zouden natuurlijk wel even dat tegendeel gaan bewijzen! Ondertussen maakten we ergens nog een stop voor een ontbijt en een stop om condors te bekijken in de canyon, helaas zagen we er geen één. Toen we bijna bij Cabanaconde waren, het dichtsbijzijnde plaatsje, vertelde de gids dat de trek hier begon. Wij gehoorzaamde braaf en begonnen onze afdaling de canyon in, beneden in de verte zagen we Oasis, een oase bij de rivier met hostels en zwembaden. We hielden allemaal andere groepjes met gids in, omdat we natuurlijk haast hadden om het in één dag te doen! Ondertussen hebben Sam en ik echt een aversie tegen mensen gekregen die op en top gekleed zijn in goede bergschoenen, broek met afrits en al, een perfecte mini-backpack, gepaste sokken, wandelstokken etc. en alles wat er nog bij komt kijken...Daar komen wij aan hoor! Met kapotte, dunne schoenen, onze eigen ´gewone´ kleding, losse tasjes zonder hoed op! Lekker normaal, lekker onszelf!
Al snel kwamen we erachter dat we de verkeerde route liepen... Dit was de lange trek, vind je het gek dat de gidsen vertelde dat het onmogelijk was! Toch nog besloten Sam en ik ons best te doen de lange trekking door de canyon alsnog te halen in één dag, we konden mijn verjaardag dan namelijk in Arequipa vieren. We liepen als een gek door, namen weinig rust en kwamen half 4 aan in Oasis. We waren naar beneden de canyon ingelopen, doorgelopen en nog een berg in de canyon beklommen en afgedaald. Mijn voeten zaten onder de blaren en het was nog erg lastig te lopen en te klimmen met de verschrikkelijke spierpijn die ik nog van Machu Picchu had! Vanaf Oasis hoefden we alleen nog maar recht de berg omhoog te beklimmen te canyon uit om weer bij Cabanaconde uit te komen. We vroegen in een hostel hoelang het klimmen was. De vrouw vertelde 3 uur klimmen voor ervaren klimmers en 4,5 uur voor onervaren klimmers. Wij behoorden natuurlijk duidelijk tot de onervaren en nadat ze vertelde dat het om half 7 donker zou zijn, besloten we hier te overnachten. Het zou onverantwoordelijk zijn in het donker te klimmen, we zouden helemaal niks zien! Na toch een beetje balen nadat de gidsen gelijk hadden gekregen, konden we ook genieten van deze prachtige plek! Het was een mooi hostel met primitieve hutjes, een zwembed, hangmatten en een geweldig uitzicht decanyon in! Het was voor mij absoluut geen straf om hier op mijn verjaardag wakker te worden... Die avond lagen we vroeg in ons bedje, we waren doodop en, jaja, de volgende ochtend zou weer om 5 uur ´s nachts de wekker gaan! Eerst zei ik Sam nog dat we tot 12 uur moesten wachten tot het mijn verjaardag was, maar nadat Sam me gestoord verklaarde, begreep ik natuurlijk ook wel dat dat geen doen was! Wel genoten we voor het slapen nog van de volle maan (!!) die echt prachtig de hele canyon bescheen! Ons hutje had geen licht en dus doofden we zo rond een uurje of 9 ons kaarsje uit...
Zaterdagochtend op mijn verjaardag ging om 5 uur de wekker en hoorden we de groepjes met gidsen al vertrekken om de klim naar boven te doen. Sam vertelde me dat hij tijgerbalsem had zien staan in het restaurantje en dat hij dat wel even op mijn pijnlijke spieren zou smeren, maar ik moest wel in bed blijven liggen, want de spieren moesten vantevoren niet teveel bewegen... Het duurde heel lang en ik was alweer een beetje in slaap gedommeld, toen Sam het hutje inkwam met ontbijt op bed en een kaarsje! Yeeeh, happy birthday to me! Achteraf bedenk ik hoe stom ik wel niet was om in het tijgerbalsem-verhaal te geloven... Ook kreeg ik nog een gedicht van Sam waarin stond dat ik m´n cadeautje later zou krijgen, maar dat we eerst nu toch echt de verschrikkelijke klim naar boven moesten gaan doen...
Daar gingen we dan, om 6 uur, een uur later dan dat de rest de klim begon! Af en toe werden we ingehaald door ezels, maar ik had mijn verstand gewoon op 0 gezet en liep alleen maar. Het was zwaar, het was echt niet zomaar een klim omhoog, maar op een gegeven moment was ik wel over mijn dode punt heen. Sam ook, die zei dat hij op een gegeven moment fluitend die berg op ging! Lang leven de coca-snoepjes! Toch kreeg ik het op eind toch wel heel zwaar, maar ik heb er een hekel aan om een pauze te nemen, dus we gingen gewoon door. Op een gegeven moment begonnen we één voor één de groepjes met gids in te halen en kwamen we uiteindelijk als één van de eerste bovenop de canyon! En wat een record tijd hebben we neer gezet... in 2 uur zijn we omhoog geklommen! Een canyon van ruim 3 km hoog! Achteraf gezien hadden we het dus inderdaad wel de vorige dag kunnen doen, het zou wel wat langszaam zijn gegaan, maar we zouden zeker voor het donker boven zijn geweest! Maar achteraf vind ik het ook super dat ik hier wakker heb mogen worden op mijn verjaardag en dat ik dit op deze dag heb mogen meemaken! Vervolgens namen we om 9 uur de bus terug naar Arequipa die er 7 uur over deed om in de stad aan te komen, het was een nare busrit, maar het deerde niet! Eindelijk aangekomen in Arequipa kocht Sam een verschrikkelijk lekkere chocoladetaart voor me! Ik had me nog nooit zo vies gevoeld op mijn verjaardag... We hadden voor die nacht natuurlijk helemaal geen slaapspullen of iets bij ons, dus zelfs mijn tanden waren al twee dagen niet gepoetst! Bij wijze van kwam ik zo mijn bed uitgerold... Dus na een flinke opfrisbeurt en mezelf in een jurkje te hebben gehezen, kon het feest dan echt gaan beginnen! We aten de taart en ik ontving superleuke cadeautjes van Sam op het dakterras van ons hostel met uitzicht over de stad en de zonsondergang in de bergen! Echt super mooi! Na lekker uit eten te zijn geweest, gingen we stappen in Arequipa met heel veel cocktails...Ik heb echt een super verjaardag in Peru gehad! Dankjewel lieve Sam!
De volgende dag hadden we echt nodig om uit te kateren, lekker uit te slapen en ons backpack weer helemaal in te pakken. Want die avond zouden we een nachtbus pakken naar Nazca! Ik heb nog nooit zo lekker geslapen in een nachtbus en vanochtend vroeg kwamen we dan aan in Nazca. De stad zou niet zo boeiend zijn, maar het ging bij ons om de beroemde Nazca lines! Dit zijn lijnen in een vlak gebied tussen gebergtes voorbij Nazca. Ze zijn wereldberoemd en ook dit is een wonder waarvan niemand weet hoe, wat, waarom, wie? We namen meteen een andere bus naar de lines en stapten uit bij een mirador, een uitkijktoren waarvandaan we een paar lijnen zouden zien. De beste manier om de lijnen te zien is vanuit een helikopter, maar dit kost natuurlijk veelste veel geld! Vanuit de toren zagen we 3 figurenin de lijnen, een boom, handen en een hagedis. Het verraste ons dat de lijnen helemaal niet diep zijn, slechts een cm of 10. Het blijft een wonder waarom dit heel lang geleden ooit is gemaakt... Bestaan er dan toch marsmannetjes?
Na een kort bezoekje en ze hebben bekeken, pakten we meteen een andere bus door naar Ica. Een redelijk grote stad dat vrijwel ook niet echt heel veel te bieden heeft. Hierbij ging het ons om het plaatsje Huacachina, met slechts 200 inwoners. Het is een oase 5 km van Ica vandaan en bestaat uit een klein meertje midden in een mini-woestijn, of gigantische duinen. We zullen hier waarschijnlijk twee nachtjes blijven, we zitten in een hostel met zwembad en je schijnt hier in de omgeving leuke dingen te kunnen doen. Vandaag een lekker rustig dagje en eindelijk weer eens een blogje kunnen schrijven! Woensdag of donderdag zullen we uiteindelijk de bus pakken naar Lima, de hoofdstad van Peru, omdat we zaterdagmiddag daarvandaan een vlucht hebben naar Panama-City! Dat betekent dat dit alweer de laatste paar dagen zullen zijn in Peru en zaterdag onze laatste deel van de reis begint! Ik vind het nu al spannend wat dat voor ons in petto heeft... Maar eerst nog even genieten van Peru!